Actiepunten voor HR-adviseurs, vanaf 1 juli 2024 en later

Actiepunten voor HR-adviseurs, vanaf 1 juli 2024 en later

Wat staat er op de actielijst van HR-adviseurs per 1 juli 2024? En met welke ontwikkelingen moeten we rekening houden voor de periode erna? Hier vindt u actiepunten en aandachtspunten over de belangrijkste ontwikkelingen die voor de deur staan.

Praktische actiepunten voor HR-adviseurs per 1 juli 2024:

Indexatie wettelijk minimumuurloon
Het minimumloon wordt per 1 juli 2024 geïndexeerd en aangepast aan de groei van de cao-lonen, wat resulteert in een stijging van 3,09% naar 13,68 euro per uur bruto. De extra verhoging met 1,2% gaat niet door.
Klik hier voor meer informatie over het minimumuurloon

Vervaltermijn wettelijke vakantiedagen
Wettelijke vakantiedagen opgebouwd in 2023 vervallen op 1 juli 2024. Werknemers moeten tijdig worden gewaarschuwd om deze dagen op te nemen. De vervaltermijn geldt niet als de werknemer in het geheel geen mogelijkheid heeft gehad om vakantiedagen op te nemen. Vergeet niet op tijd te waarschuwen!
Checklist vakantieuren opnemen

Rapporteren over CO2-uitstoot vanaf 100 werknemers
Vanaf 1 juli 2024 moeten organisaties met 100 werknemers of meer verplicht rapporteren over de vervuiling door hun zakelijke verkeer en het woon-werkverkeer van werknemers. De gegevens over 2024 moeten werkgevers bijhouden en uiterlijk op 30 juni 2025 insturen naar de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO).
Meer informatie over rapporteren van CO2-uitstoot

Wet seksuele misdrijven
Vanaf 1 juli 2024 wordt seksuele intimidatie in het openbaar en online strafbaar. Ook sexchatting wordt strafbaar gesteld.
Seksuele intimidatie: aanpak op maat

Kwaliteitseisen kinderopvang
Vanaf 1 juli 2024 wijzigen de kwaliteitseisen voor de buitenschoolse opvang (bso) en dagopvang, zodat de bso meer activiteiten kan aanbieden en de dagopvang flexibeler kan omgaan met personele krapte.
Kinderopvang vergoeden

Aandachtspunten gevolgen voor HR-adviseurs van hoofdlijnenakkoord coalitiepartijen:

Het nieuwe kabinet zal een regeringsprogramma schrijven op basis van het hoofdlijnenakkoord dat de vier coalitiepartijen hebben afgesloten. Op sociaal-economisch terrein lijken veel plannen van de huidige minister van SZW te worden voortgezet, maar dat is nog niet helemaal zeker. De huidige minister van SZW pauzeert nu al wel plannen, of stelt ze uit, omdat niet zekere is wat het aanstaande kabinet ermee van plan is.

Meer informatie: Plannen in het hoofdlijnenakkoord relevant voor HR en werkgevers
Meer informatie: Gevolgen van de voorgenomen bezuinigingen voor HR

Hieronder lichten we de ontwikkelingen toe voor bestaand en voorgenomen beleid:

Bezuinigingen en WW-duur
In het Hoofdlijnenakkoord staan miljarden ingeboekt voor bezuinigingen. Een opvallende maatregel is het inperken van de WW-duur naar 18 maanden. Daarmee is de WW in relatief korte tijd van drie naar twee jaar ingekort en straks dus naar 18 maanden.

Pensioenbedrag ineens uitgesteld
Op grond van de Wet bedrag ineens, RVU en verlofsparen kan een deelnemer op de pensioeningangsdatum maximaal 10% van de opgebouwde pensioenaanspraken ineens opnemen. Dit treedt niet eerder in werking dan 1 januari 2025, afhankelijk van de behandeling in het parlement.

Wet uitzendkrachten uitgesteld
De Wet toelating terbeschikkingstelling arbeidskrachten (WTTA) wordt uitgesteld tot 2026. Uitzendbedrijven moeten gecertificeerd zijn en bedrijven mogen alleen gebruik maken van toegelaten uitzendbureaus.

Verplichte vertrouwenspersoon
Het initiatiefwetsvoorstel voor een verplichte vertrouwenspersoon bij bedrijven met meer dan 10 werknemers, gaat mogelijk niet door. Want drie van de vier nieuwe regeringspartijen waren in de (oude) Tweede Kamer tegen het voorstel. Wel moeten zij in de Eerste Kamer nog de nodige stemmen bij elkaar sprokkelen, omdat de coalitie in de Eerste Kamer géén meerderheid heeft.

Wetsvoorstel Toezicht gelijke kansen bij werving en selectie
Deze wet is onlangs door de Eerste Kamer afgewezen. Bedrijven mogen nog steeds niet discrimineren bij sollicitaties, maar hoeven daar geen beleid voor op te stellen.

Wetsvoorstel gelijke beloning mannen en vrouwen
Deze wet, een uitwerking van een EU-richtlijn, moet in 2025 worden ingevoerd en ligt nog bij de Tweede Kamer. De nieuwe coalitiepartijen willen EU-richtlijnen zonder extra nationale eisen invoeren, dus het is de vraag wat de nieuwe kabinetsploeg hiermee gaat doen.

Wijziging re-integratieverplichtingen
Minister van Gennip (SZW) werkte aan een wet om kleine en middelgrote werkgevers meer duidelijkheid te geven over de mogelijkheid om langdurig zieke werknemers eerder te mogen vervangen. Re-integratie mag dan in het tweede jaar buiten de deur plaatsvinden. Of het nieuwe kabinet deze wet ongewijzigd wil doorzetten, is nog niet duidelijk.

Flexcontracten en ketenregeling
In de arbeidsmarktplannen van minister van Gennip was dit een opvallende maatregel: Nulurencontracten en min-/maxcontracten worden verboden en vervangen door basiscontracten met meer zekerheid. De ketenregeling, die bepaalt wanneer een tijdelijk contract overgaat in een vast contract, wordt aangepast met een wachttijd van 5 jaar in plaats van 6 maanden. In het hoofdlijnenakkoord van de nieuwe coalitie staat dat het beleid om werknemers meer zekerheid te bieden door zal gaan. Wat de specifieke gevolgen zijn voor dit voorstel, is nog onbekend.

Wet verduidelijking beoordeling arbeidsrelaties
De invoering van deze wet, gericht op het tegengaan van schijnzelfstandigheid, wordt verschoven. De bedoeling was eerder dat de wet begin 2025 in zou gaan.

Overwerk goedkoper
Werknemers met een vast contract mogen tot 30% extra uren werken naast hun vaste uren. Contracten waarbij personeel gemiddeld meer dan 30 uur per week werkt, blijven vrijgesteld van de hogere WW-premie bij overwerk. Invoering van deze nieuwe regels zijn nog steeds voorzien per 2025.

Bron: www.personeelsnet.nl